Nieuws
30 november 2011 - Gisteren ging ’s werelds grootste offshore windenergie conferentie van start. De European Wind Energy Association (EWEA) streeft naar 40 gigawatt aan offshore windcapaciteit in 2020. Offshore Wind is echter nog te duur, zo concludeert Roland Berger Strategy Consultants.
De kosten zijn veel hoger dan bij andere duurzame energiebronnen, bijvoorbeeld twee keer zo hoog als bij windenergie op land. Om de ambities van de EWEA waar te kunnen maken, dient de offshore windenergie industrie een nieuwe weg in te slaan. Alleen door nauwe samenwerking in de gehele keten kunnen de kosten verlaagd worden, zo pleit het strategisch adviesbureau.Lagere ambitie
Tegen juni 2011 was 3,3 gigawatt aan offshore windcapaciteit geïnstalleerd in Europese wateren. Genoeg om tussen de 700.000 en 1,3 miljoen huizen van stroom te voorzien. De Nederlandse overheid heeft dit jaar haar ambities voor de ontwikkeling van offshore windcapaciteit verlaagd. "Hier ligt echter wel een grote kans, want Nederlandse bedrijven zijn goed in offshore technologie en nemen daarin ook in het buitenland een sterke positie in. Al met al een ideale startpositie om in Nederland een sterke nieuwe bedrijfstak te ontwikkelen," aldus Maarten de Vries, associate bij Roland Berger in Nederland.
Teamwork
Het plaatsen van een offshore windpark is een zeer complex project dat afhankelijk is van veel verschillende spelers die hun stukje van de puzzel op het juiste moment moeten leveren. "Deze complexiteit heeft ervoor gezorgd dat het ontwerp en de bedrijfsvoering van windparken nog nauwelijks is geoptimaliseerd voor de zware eisen die op zee gelden. De oplossing hiervoor ligt bij de industrie zelf: er moet meer en beter samengewerkt worden over de gehele waardeketen. Van het ontwerp van de windparken tot het onderhoud ervan," aldus Arnoud van der Slot, partner bij Roland Berger in Nederland.
Maatregelen om kosten en risico's te verlagen
Een cruciaal punt is het verminderen van de interfaces. Dit vraagt om één aannemer die de overkoepelende verantwoordelijkheid neemt voor het ontwerpen van het windpark, de aanschaf van de onderdelen en de bouw. Delen van het werk worden daarbij uitbesteed aan onderaannemers. Op deze manier heeft men te maken met één aanspreekpunt en wordt de complexiteit verminderd. Zo worden ook de risico's van budgetoverschrijdingen verminderd. Een andere mogelijkheid is het sluiten van strategische allianties, waarin diverse spelers hun verschillende technologische expertise en ervaring samenbrengen. Alleen dan kan een optimaal windpark ontwerp worden gemaakt, waarbij de kosten voor installatie en bedrijfsvoering zo laag mogelijk zijn.
Concurrentievoordeel door samenwerking
"De offshore windenergie bedrijven moeten zich gaan realiseren dat ze hun concurrentievoordeel juist kunnen versterken door samen te werken en hun expertise te delen. De grote spelers moeten zich openstellen voor samenwerkingen en integratie. De kleinere, meer gespecialiseerde bedrijven zullen moeten kiezen met wie ze zich willen verbinden en hoe ver ze bereid zijn te gaan in het delen van hun expertise en technologie. Alleen dan zal de offshore wind industrie sterk genoeg worden om aan de hoge eisen te voldoen," zo concluderen De Vries en Van der Slot. Doorsturen | Reageer | Nieuwsbrief