Onduidelijkheid gewijzigde vakantiewetgeving blijft bestaan

23 april 2012 - Er bestaat onder ondernemers nog steeds onduidelijkheid over een aantal punten waarop de vakantiewetgeving per 1 januari 2012 is gewijzigd. Dat concludeert Charlotte Dassen, arbeidsjurist bij BW7. "Hoewel ondernemers over het algemeen goed op de hoogte zijn van de gewijzigde vakantiewetgeving, blijven er vragen binnenkomen."

Reden om op 5 april jongstleden een bijeenkomst te organiseren, waar ondernemers en HR-managers terecht konden met hun arbeidsrechtelijke vragen.

Verval- en verjaringstermijn
De meerderheid van de ondernemers houdt reeds een gescheiden administratie bij voor wettelijke en bovenwettelijke dagen, waarin rekening wordt gehouden met de verschillende verval- en verjaringstermijnen. Die administratie is van belang omdat niet meer de oudste dagen, maar de dagen die het eerst komen te vervallen, moeten worden opgenomen. Voor wettelijke dagen geldt een vervaltermijn van zes maanden na het opbouwjaar, voor bovenwettelijke een verjaringstermijn van vijf jaar. "Dat geldt ook wanneer in het geldende arbeidsvoorwaardenreglement of de CAO voor 1 januari 2012 is bepaald dat vakantiedagen na vijf jaar verjaren. Pas als op of na 1 januari 2012 ten gunste van de werknemer afwijkende afspraken zijn gemaakt, kunnen die gelden", aldus Charlotte Dassen.

Opbouw tijdens ziekte
De regeling dat arbeidsongeschikte werknemers slechts vakantie opbouwen over de laatste zes maanden van ziekte is per 1 januari 2012 komen te vervallen. Gedeeltelijk en volledig arbeidsongeschikte werknemers behouden nu recht op alle wettelijke vakantiedagen. Daarvan kan niet worden afgeweken, ook niet in een arbeidsvoorwaardenreglement of CAO. Charlotte Dassen: "Wij wijzen ondernemers er op dat zij voor wat betreft de bovenwettelijke dagen wel afwijkende afspraken kunnen maken. Gebeurt dat niet, dan blijft daarover gelden wat er voor 1 januari 2012 is afgesproken."

Opname tijdens ziekte
Uitgangspunt van de gewijzigde wetgeving is dat ook een zieke werknemer in staat is om vakantie op te nemen. Wanneer een werknemer aan wie re-integratieverplichtingen zijn opgelegd op vakantie wil dan dient hij op de gebruikelijke manier vakantie aan te vragen en is er geen aparte toestemming nodig om de vakantie van het vakantiedagensaldo af te boeken. "Uit de praktijk blijkt dat men daarvan niet altijd op de hoogte is, waardoor onenigheid kan bestaan over het vakantiedagensaldo." Charlotte Dassen adviseert werkgevers dan ook vooraf aan te geven dat er vakantiedagen worden afgeboekt.

Aandachtspunten
Voor werkgevers heeft BW7 de volgende tips: 

- Houd een gescheiden administratie bij en laat wettelijke vakantiedagen ook daadwerkelijk vervallen zes maanden na het opbouwjaar. Een vervaltermijn is door werknemer niet te stuiten. 

- Is in uw arbeidsvoorwaardenregeling of CAO voor 1 januari 2012 bepaald dat vakantiedagen na vijf jaar verjaren? Dan mag u de vervaltermijn van zes maanden voor de wettelijke dagen toch aanhouden. Zorg er wel voor dat deze regeling wordt aangepast bij vernieuwing van de CAO of arbeidsvoorwaardenregeling, als u de vervaltermijn van zes maanden wilt blijven hanteren. 

- Maak in de arbeidsovereenkomst of CAO afwijkende afspraken voor wat betreft de opbouw van bovenwettelijke vakantiedagen tijdens ziekte. Bijvoorbeeld geen of beperkte opbouw daarvan tijdens ziekte. Is in uw huidige arbeidsovereenkomst of CAO bepaald dat er slechts wordt opgebouwd over de laatste zes maanden van ziekte, dan blijft dat voor wat betreft de bovenwettelijke dagen gelden. 

- Onder de nieuwe wetgeving dient een gedeeltelijk arbeidsongeschikte werknemer bij opname van vakantiedagen af te schrijven over de volledige arbeidsduur. Let op naleving daarvan. 

- Wijs de werknemer bij de start van de re-integratie op de kortere vervaltermijn om opname van vakantiedagen tijdens ziekte te stimuleren.

Doorsturen  |  Reageer  |  Nieuwsbrief