Nieuws
Werkgevers schoonmaak schorten CAO overleg op
2 december 2013 - De werkgevers in de schoonmaak- en glazenwassersbranche hebben de CAO onderhandelingen met vakbonden FNV en CNV opgeschort.
Ondanks verschillende voorstellen van de werkgevers willen de vakbonden niet samen als sociale partners optrekken tegen de desastreuze inbestedingsplannen van de overheid voor de schoonmakers. Inbesteding leidt tot een toename van werkloosheid bij schoonmakers, faillissementen van schoonmaakbedrijven, afbreuk van het vak schoonmaker en toenemende werkdruk. Werkgevers riepen de vakbonden al eerder op om samen te gaan voor duurzame werkgelegenheid en voor de verdere ontwikkeling van schoonmaak als vak. Zelfs een voorstel om aan te dringen bij de overheid voor een onderzoek om te kijken naar de echte gevolgen van inbesteding kreeg geen steun van de vakbonden. Op deze manier heeft het voor de werkgevers nu geen zin om met de vakbonden als sociale partners verder te praten over een duurzame toekomst voor haar schoonmakers. Tot hoe lang de CAO onderhandelingen worden opgeschort is nog niet bekend.'Bizar standpunt'
Eerste onderhandelaar en voorzitter OSB Hans Simons: "Bizar dat een vakbond standpunten inneemt tegen het welzijn van haar eigen schoonmakers in. De opstelling voor inbesteding door de Rijksoverheid is instemmen met een schijnzekerheid. Het leidt tot werkloosheid voor schoonmakers, faillissementen van schoonmaakbedrijven, afbreuk van het schoonmaakvak en toename van de werkdruk voor onze schoonmakers. Wij willen graag een mooi en sterk schoonmaakhuis bouwen, maar dat lukt niet als je partner ondertussen het fundament wegslaat. Samen met de vakbonden schouder aan schouder optrekken voor duurzame werkgelegenheid en verder ontwikkeling van ons mooie schoonmaakvak dat is onze ambitie. Met de huidige opstelling van de vakbonden heeft het geen zin om verder te onderhandelen als sociale partners."
Inbesteding grootste bedreiging
De trend die door de Rijksoverheid wordt ingezet met de inbestedingsplannen is een enorme bedreiging voor de totale schoonmaakbranche. Het zal op termijn leiden tot een werkloosheid van zo'n 50.000 schoonmakers. Vooral kleine en middelgrote bedrijven gaan zo failliet. Door de verdere krimp en prijsconcurrentie in de markt die dan ontstaat zal de werkdruk van schoonmakers toenemen. De enorme positieve ontwikkelingen van de schoonmaaksector met het OSB-Keurmerk en de Code Verantwoordelijk Marktgedrag wordt zo teniet gedaan. Vooral wordt de professionalisering van het vak van schoonmaker zo afgebroken.
De vakbonden steunen echter deze schijnzekerheid, die een vaste baan en inkomen zou bieden. Niets is minder waar. De inbesteding van de Rijksoverheid kost de belastingbetaler ruim twintig miljoen euro. Dit wil de overheid compenseren door minder schoon te gaan maken of de werkdruk toe te laten nemen. Daarbij komt dat de komende jaren het werk verder zal afnemen door sluiting van heel veel overheidsgebouwen. Ook beschikken de overheidsorganisaties die gaan inbesteden niet over de juiste professionaliteit, kennis en kunde, waardoor de schoonmaker zijn vak niet verder kan ontwikkelen en de vraag is of de werkomgeving voldoet aan de eisen van het OSB-Keurmerk en de Code Verantwoordelijk Marktgedrag. Doorsturen | Reageer | Nieuwsbrief