Nieuws
Ruim een derde van zzp’ers heeft een arbeidsongeschiktheidsverzekering
4 april 2014 - Uit onderzoek van Panteia blijkt dat 36 procent van de zelfstandigen zonder personeel in het bezit is van een arbeidsongeschiktheidsverzekering (aov). De belangrijkste reden om af te zien van een aov is dat de premies te hoog zijn.
Ten opzichte van begin 2013 is de huidige verzekeringsgraad vrijwel gelijk gebleven. Zelfstandigen in de maaksectoren (landbouw, industrie en bouw) hebben relatief vaker een aov.Geslacht, leeftijd, werkuren en inkomen
Geslacht, leeftijd, werkuren en inkomen zijn factoren die van invloed zijn op de kans op een aov. Mannen zijn vaker geneigd een arbeidsongeschiktheidsverzekering af te sluiten dan vrouwen. De verzekeringsgraad is het hoogst bij leeftijd van 35 jaar; ondernemers die jonger en ouder zijn dan die leeftijd zijn minder vaak verzekerd. Bij een 53-urige werkweek is de verzekeringsgraad het hoogst; bij korter of langer werken ligt de verzekeringsgraad lager. Ten slotte geldt dat hoe hoger het netto inkomen, hoe vaker men een aov heeft afgesloten.
Verantwoordelijkheid gezinsinkomen
De belangrijkste reden om een aov af te sluiten is de verantwoordelijkheid voor het gezinsinkomen. Een andere veel genoemde reden is dat men het risico niet zelf denkt te kunnen dragen. De belangrijkste reden om af te zien van een aov is dat de premies te hoog zijn, voor 60 procent van de zelfstandigen zonder aov vormen de kosten de belangrijkste reden om geen aov af te sluiten. Van de zelfstandigen met een aov heeft 85 procent die bij een commerciële verzekeraar afgesloten. De meerderheid (80 procent) heeft een verzekering die breder dekt dan alleen de vaste lasten, zoals huur.
Weinig bekendheid met vrijwillige verzekering UWV
Het UWV biedt startende zelfstandigen die uit loondienst komen de mogelijkheid zich bij hen te verzekeren tegen arbeidsongeschiktheid. Uit nadere analyse blijkt dat slechts zeventien procent van deze groep startende ondernemers van deze mogelijkheid op de hoogte is. Bij de groep zelfstandigen die vanuit een uitkeringspositie gestart zijn ligt het percentage iets hoger, namelijk 25 procent. De meerderheid van de zelfstandigen ziet de aov toch vooral als private aangelegenheid. Hoger opgeleide zelfstandigen zijn daarbij vaker voorstander van eigen verantwoordelijkheid dan lager en middelbaar opgeleide zelfstandigen.
Lichte omzetdaling
Er zijn meer zelfstandigen die in 2013 een omzetdaling constateren dan een omzetstijging. Ten opzichte van een jaar eerder is het aandeel zelfstandigen in de lagere omzetcategorieën (geschatte omzet tot 25.000 euro) licht toegenomen; het aandeel zelfstandigen met een inkomen tussen de 25.000 en 100.000 euro is daarentegen gedaald. Dat komt vooral omdat er meer zzp’ers te kampen hadden met een omzetdaling dan met een omzetstijging. Bij ozp’ers waren er juist meer omzetstijgingen dan -dalingen zichtbaar. Doorsturen | 1 reactie | Nieuwsbrief